In nrc.next: Pleidooi voor publieke media

Mediapark in Hilversum

Nrc.next’s Nextlab roept op de publieke omroep van de toekomst te ontwerpen. Op uitnodiging van de opinieredactie verscheen vandaag mijn bijdrage. Dit is de ongeredigeerde versie:

Het is bijna een jaar geleden dat het rapport De Volgende Editie verscheen van de commissie Brinkman. Het rapport inventariseerde de toestand en toekomst van de gedrukte pers in Nederland en gaf adviezen aan de overheid. Een daarvan was een internetheffing, waarbij internetgebruikers een opslag zouden betalen bovenop hun abonnement om innovatie te financieren. De heffing werd breed uitgemeten in de pers en gebruikt als stok om het hele rapport mee te slaan.

Onterecht want het rapport snijdt wezenlijke kwesties aan en wijst met zijn adviezen in de goede richting. Wat wel jammer is, is dat de commissie vrij specifiek naar één sector heeft gekeken, die van de gedrukte pers. Dat was weliswaar ook haar opdracht, maar er staat meer op het spel. Het gaat niet om de toekomst van de dagbladen maar om de toekomst van de journalistiek.

Journalistiek is het beroepsmatig verzamelen van nieuws voor het publiek in het algemeen of voor bepaalde publieksgroepen. Het wordt wel gezien als de vierde macht in een democratische staat, naast de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht. Het heeft daarmee een maatschappelijke functie. Die functie staat onder druk.

De maatschappelijke rol van kranten is tanende. Oplages dalen en lezers vergrijzen, uitzonderingen daargelaten. Een steeds groter deel van het publiek nuttigt zijn nieuws op internet. Dat is geen ramp. Sterker, internet is een veel geschikter medium voor nieuws dan een dagblad. Wat wel een ramp is, is dat uitgevers op internet door de gratiscultuur geen lezersinkomsten hebben. Ze moeten het op internet hebben van advertenties. Die inkomsten zijn niet voldoende om de journalistieke infrastructuur die we in Nederland kennen op den duur in stand te houden.

Nu kan die infrastructuur voor een deel misschien ook op de schop. Hoeveel buitenlandredacties heeft een land immers nodig? Journalisten schrijven elkaar zelfs dikwijls over, zoals commissielid Paul Molenaar constateerde. Maar dan nog, er moet mijn inziens een basisinfrastructuur in tact blijven die onafhankelijke berichtgeving verzorgt die niet wordt afgemeten aan het aantal pageviews.

Bij radio en televisie bestaat al zo’n beschermde infrastructuur. De publieke omroepen worden gefinancierd uit gemeenschappelijke middelen en zorgen volgens inhoudelijke voorschriften voor een pluriforme informatievoorziening. De commissie pleit ervoor dat dagbladen en de publieke omroepen meer gaan samenwerken en dat de omroepen hun content beschikbaar stellen voor derden. Ik zou nog een stap verder willen gaan.

Verruim de notie van de publieke omroep naar publieke media. Laat de NOS fuseren met het ANP en de GPD, de laatste twee trekken na de zomer al bij elkaar in, en creëer daarmee een stationair lopende motor, onderhouden door publieke gelden, voor de Nederlandse journalistiek. Laat ze content maken gericht op het algemeen belang: feiten, onderzoek en analyses. Laat ze televisieprogramma’s maken, radioprogramma’s, internetvideo’s, nieuwssites, tweets, misschien zelfs wel een dagblad. Laat ze ook mediatechnologie ontwikkelen, zoals contentmanagementsystemen. Maar maak alles reclamevrij en stel alles gratis beschikbaar voor iedereen.

Zouden deze publiek media zonder STER-inkomsten kunnen? Als je de buitenproportionele kosten voor de uitzendrechten van bijvoorbeeld de Champions League aan commerciële media laat wel. Als je de overlap in programma’s, sites en redacties schrapt wel. Als je het grote vermaak aan de commerciëlen laat wel. Er bestaan voor zover ik weet geen nieuwslezers die boven de Balkenende-norm uitkomen.

Commerciële media kunnen zich vervolgens onderscheiden door specialisering (zoals al gebeurt), door branded journalists en met alle content die de publieke media laten liggen. Niet dat ze het algemene nieuws hoeven te missen. Ze zouden net als iedereen gratis gebruik kunnen maken van de content (ja, ook de programmagegevens) en de mediatechnologie van de publieke media.

Als we de publieke media reclamevrij maken, dan is er bovendien geen valse concurrentie meer met commerciële media, zoals bijvoorbeeld dagbladen- en bladenuitgevers nu ondervinden. En gratis beschikbaar stellen? Ja, maak alle content en technologie van deze publieke media open source. Op feiten berusten geen auteursrechten. Dat zouden pas creative commons zijn.

Bright #34, Bright Night #6 en Bright.nl v2.2

Eve leest Bright

Zo, de eerste helft van 2010 zit er op. Afgelopen week ging versie 2.2 van Bright.nl online, inclusief mobiele versie en een spiksplinternieuwe feature, sitetweets genaamd. Gisteren verscheen het juni-juli nummer van Bright Magazine. Om dat te vieren organiseerden we voor de zesde keer Bright Night in Pakhuis de Zwijger. Een dezer dagen verschijnt een update van onze iPhone app (v1.1.1) zodat je ook op iPads artikelen kunt scrollen. Tel daar de Android app nog bij op en ik zeg: mooie tussenstand, tijd voor vakantie. Wat kun je in de tweede helft van het jaar allemaal verwachten van Bright? Nou, voor juli staat de iPad app gepland, de Bright webshop en v1.2 van de iPhone app. We gaan Bright Spaces een push geven. Er komt misschien een Bright Live in het najaar en sowieso nieuwe Bright Nights.