Control is de mooiste Nederlandse film sinds jaren, ook al is het feitelijk een Britse productie en gaat de film over de depressieve Ian Curtis van de invloedrijke Britse band Joy Division die zelfmoord pleegt. Anton Corbijn regisseert met het oog van een fotograaf. Scenes zijn eigenlijk bewegende stills. Het verhaal is als een treinreis waarbij alleen de haltes zijn gefilmd. Normaliter maakt dat een speelfilm wat vlak, maar Corbijn komt er mee weg. Wat hij uit zwart-wit weet te halen (en uit de onervaren cast op Samantha Morton na) is fenomenaal. Curtis wordt wel een beetje gedemystificeerd als een jonge man die worstelt met een te jong huwelijk plus kind en epilepsie. Dat laatste, daar kan ik nog in komen. De nadruk op het jonge huwelijk zal echter te wijten aan het boek waarop de film is geënt. Dat is geschreven door Curtis’ weduwe die tevens als co-producent optreedt. Desondanks een aanrader.
Blades of Glory
Ik heb Will Ferrell nooit zo heel grappig gevonden geloof ik, maar eerlijk is eerlijk: ik kwam een paar keer niet meer bij tijdens Blades of Glory (trailer). Ferrell vormt vooral een goed duo met Jon Heder, die zich in mijn boekje onvergetelijk maakte in Napoleon Dynamite. Het gegeven van een mannelijk kunstschaatsduo zet de deur open naar veel voor de hand liggende grappen. Die zitten er ook allemaal in, maar ze zijn uitstekend uitgevoerd en werken daardoor als een tierelier.
Ratatouille
Incroyable, wat een heerlijke film. De portfolio van Pixar wordt alsmaar sterker, al is Ratatouille vooral de verdienste van schrijver-regisseur Brad ‘The Incredibles’ Bird. Grappig, ontroerend en je krijgt trek tijdens het kijken. Een schoolvoorbeeld voor storytelling.