Ik ben in de ruimte geweest. Echt. Nou oké, bijna echt dan. Het is in elk geval het idee dat ik meeneem na het zien van Alfonso Cuaróns Gravity. Ik ben in de ruimte geweest. En we hebben er niks te zoeken. Het leven is al kwetsbaar genoeg.
Het verhaal van deze rollercoaster is even simpel als sterk: twee astronauten proberen naar aarde terug te keren nadat hun shuttle is verwoest door langsscherend ruimtepuin. De film is een tijd in de maak geweest. Eerst was Angelina Jolie aan boord voor de vrouwelijke hoofdrol, toen Scarlett Johansson, Natalie Portman en het is uiteindelijk Sandra Bullock geworden. De mannelijke bijrol was aanvankelijk voor Robert Downey Jr. maar ging naar George Clooney. Goeie keuzes want ze spelen de sterren van de hemel.
Gravity is schitterend geschoten. Echt, ik heb nog nooit een film als deze gezien. De hyperrealistische ruimtescenes met continu de aarde op de achtergrond zijn adembenemend en tegelijkertijd een perfect decor voor fobische spanning. Meteen in het begin van de film gaat het al mis. Bullock dreigt hevig tollend af te drijven de ruimte in. Haar zuurstof is bijna op en dan valt de radioverbinding met Clooney ook nog weg. Ze is reddeloos verloren. Paniek. Da’s het knappe aan Gravity: dan weer zit je in Bullocks helm en krijg je het Spaans benauwd, het volgende moment zie je haar van een afstandje in haar kwetsbare ruimtepakje zweven, moederziel alleen, met in de verte een stipje van hoop. (Ik zal niks verklappen hoor.)
Ik kan nog honderden woorden schrijven, bijvoorbeeld over de waanzinnige filmtechnieken waarmee ze gewichtsloosheid zo goed hebben kunnen nabootsen, maar ga deze film vooral zelf zien. Je zit 90 minuten op het puntje van je stoel. Ik had loodzware benen toen ik de bioscoop uitliep, blij om weer op aarde te zijn.
Gravity gaat op 3 oktober in première. Meer over de technologie van de film in Bright Magazine #54 dat een week later verschijnt. Tof interview ook bij HuffPo met Cuarón.