Legerkapitein Colter Stevens (Jake Gyllenhaal) wordt wakker in een trein op weg naar Chicago. Hij heeft geen idee hoe hij daar komt en waarom die leuke jonge vrouw (Michelle Monaghan) tegenover hem in de wagon hem lijkt te kennen. Totdat de trein even later ontploft waarbij alle passagiers worden gedood en hij opnieuw ontwaakt, dit keer in een soort capsule waar een andere militair (Vera Farmiga) hem via een monitor vraagt naar de locatie van de bom en de dader. Blijkt dat Stevens via een experimentele techniek, cryptisch genaamd Source Code, de laatste acht minuten van één van de passagiers kan naleven. De treinbom is vermoedelijk een aankondiging van een nog grotere bom bestemd voor miljoenenstad Chicago en Stevens moet via de source code op zoek naar de dader. Hij heeft slechts acht minuten maar kan telkens terugkeren naar die acht minuten. Het ingenieuze scifi-thriller verhaal van Ben Ripley is in hele goede handen van regisseur Duncan Jones die in 2009 zo sterk debuteerde met Moon. Jones heeft een scherp filmisch oog en is een razendknappe verteller. Net als in Moon zit het hart van Source Code in de zoektocht naar antwoorden en de emotionele worsteling die de hoofdpersoon moet doorstaan. Hoewel het slot je hersens in een gordiaanse knoop legt, wat doet denken aan Inception, was ik achteraf vooral blij dat ik leef. Beste film die ik tot nu toe dit jaar heb gezien. Vanaf vandaag in de bios.
Moon – Between a rock and a hard place
De sneakfilm gisteravond op de eerste Bright Night was Moon. In het nieuwe nummer van Bright magazine heb ik de volgende recensie staan:
Moon is een kleine film. Het budget was beperkt, maar de ambitie en moed van de makers des te groter. Het filmgenre sciencefiction werd de laatste jaren overheerst door grote Hollywood-producties vol superhelden en special effects gecreëerd op de computer. Regisseur Duncan Jones, zoon van David Bowie, koos in zijn debuutfilm daarentegen voor ideeën en emoties. Moon solliciteert daarmee naar de status van een klassieker, of cultfilm op z’n minst. Net als 2001: a Space Odyssey danst Moon tussen fysica en metafysica, tussen wetenschap en menselijkheid, maar is als film minder abstract.
Het verhaal draait om Sam Bell, een rol die Jones speciaal schreef voor hoofdrolspeler Sam Rockwell. Bell bevindt zich in een mijnfaciliteit aan de donkere kant van de maan. Hij is de enige mens op de basis. Buiten schrapen mijnmachines een laag van het maanoppervlak af, waaruit helium-3 wordt gewonnen voor kernfusie op aarde. Bell houdt alles in de gaten en stuurt telkens een capsule naar de aarde als er een container vol is. Zijn enige gezelschap bestaat uit een computer genaamd Gerty (het rode oog van HAL 9000 in 2001 is hier vervangen door een beeldschermpje met smileys) met de stem van Kevin Spacey.
Bell is drie jaar gestationeerd op de maan en het verhaal begint als hij nog maar twee weken te gaan heeft. De basis is van veel gemakken voorzien, maar Bell voelt zich logischerwijs eenzaam en snakt naar het einde van zijn contract. Live contact met de aarde is niet mogelijk vanwege een defecte satelliet. Hij moet het doen met videoboodschappen van zijn dochtertje en vrouw. De laatste heeft het moeilijk met zijn afwezigheid en er wordt gezinspeeld op relatieproblemen. Hoewel Bell steeds vaker hoest en er slechter uit begint te zien, lijkt hij het allemaal nog net te redden. Totdat hij tijdens een rit naar een van de mijnmachines om een volle container op te halen onwel wordt en een botsing veroorzaakt. Als hij wakker wordt in de ziekenboeg op de basis, is hij als herboren en ontdekt even later een dubbelganger van zichzelf. Is hij gek geworden? Of is er meer aan de hand?
Ga de film zien voor het antwoord. Je zult er geen spijt van krijgen. Moon draait komende week tijdens Film by the sea in Vlissingen en vanaf 15 oktober in de kleinere bioscopen.